Autosuggestie
Hoe krachtig autosuggestie is, moge blijken uit volgende oefening. Doe je ogen toe en ontspan je. Denk aan een citroen. Neem ze in gedachte vast en bekijk ze langs alle kanten. Kijk naar de gele kleur, de ovale vorm en de bolvormige uiteinden. Houd ze onder je neus en ruik er aan. Duw met je duimen op de citroen en voel de weerstand van de vrucht. Neem nu in gedachte een mes, leg de citroen op een houten plankje en snij de citroen in tweeën. Het sap loopt langs de messnede op het plankje, enkele pitjes springen uit de citroen. Snuif de geur van het sap. Het water komt je in de mond, niet?
In alfa kunnen we onszelf dingen suggereren zoals een verbeterd eigenbeeld, een bepaald voornemen, een lichamelijke verbetering, beter studeren, beter geheugen, succes in het leven … Het effect van de autosuggestie werkt in alfa (de drie delen van onze LEM zijn erbij betrokken via woorden, beelden en gevoelens) vele malen sterker door dan in bèta (voornamelijk M, via woorden) en het blijft beter hangen. Het is zoals een (onbewuste) beïnvloeding door reclame: wanneer de gevoelens via woord en beeld worden aangesproken, blijft de boodschap beter hangen, dringt ze beter door.
In bèta kunnen we putten uit de parate kennis en de informatie die in ons “bewust” geheugen, in ons bewustzijn aanwezig is. Willen we informatie uit ons “onbewust” geheugen, uit ons “onderbewustzijn” halen, dan moeten we soms diep nadenken. We kijken dan dikwijls schuin omhoog alsof de informatie daar ergens boven te vinden is. De informatie die in ons onderbewustzijn aanwezig is, hebben we ooit opgeslagen, maar deze is niet paraat aanwezig. In alfa kunnen we gemakkelijker aan de informatie in ons onderbewustzijn, we kunnen ons deze informatie sneller herinneren. Dit komt omdat we beter geconcentreerd zijn en alle storende elementen zoveel mogelijk buitengesloten hebben. In alfa kunnen we zelfs informatie halen uit het collectief of kosmisch bewustzijn (informatie die wij nooit ontvangen en opgeslagen hebben). In dit laatste geval spreken we van buitenzintuiglijke waarneming (BZW, waarover later meer).
Waarom maken zo weinig mensen gebruik van de mogelijkheden van het alfaniveau? De mensen die als voornaamste levensdoel het bezitten van geld, macht en invloed hebben, vinden dit flauwekul (het brengt niks op!) Deze mensen zijn na hun “zware” dagtaak veelal enkel nog uit op ontspanning, sensatie, spectaculaire dingen en kicks. Voor deze dingen moet men niet naar het alfaniveau gaan. De tv is daar beter voor geschikt. De praktisch ingestelde mensen, de doeners zeggen: “Dat kan niet, dat bestaat niet”. De meer spirituele mensen, deze die meer uit zijn op welzijn dan op welvaart, zullen de alfatoestand misschien wel een tijd uitproberen, maar geven het dikwijls vrij snel op. De huidige mens wil direct resultaten zien. Hij kan niet genoeg geduld en doorzettingsvermogen opbrengen om de techniek volledig onder de knie te krijgen. De moderne mens uit onze westerse cultuur wil resultaten op korte termijn en investeert niet meer op lange termijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten