zaterdag 8 mei 2010

Zelfaanvaarding II

Hoe komt het dat wij onszelf niet aanvaarden zoals we zijn? Waarom vinden wij onszelf niet OK? Psychiaters die de “transactionele analyse” beoefenen (in tegenstelling tot de meer traditionele soorten psychotherapie), menen dat een kind ergens tijdens zijn eerste drie levensjaren tot het besluit komt dat zijn ouders OK zijn en dat het zelf niet OK is. Ze zeggen dat het kind “zijn levenspositie” inneemt. Dit is “een gevoelspositie” waartoe het kind besluit (en die het waarschijnlijk als eerste feit op zijn volwassene-recorder registreert) op basis van wat het ervaart met betrekking tot zijn ouders en de andere personen uit zijn omgeving. Het kleine kind heeft behoefte aan opgepakt worden, aan geknuffeld worden, aan “streling”. Streling en veelvuldig lichamelijk contact zijn essentieel voor het voortbestaan van het kind. Als het hiervan verstoken blijft, zal het sterven of in ieder geval psychologisch doodgaan. Ieder kind wordt (laten we het hopen) regelmatig gestreeld, maar dikwijls ligt het alleen en verlaten, hetgeen vroeger zeker het geval was. Dit schept een onzekere toestand voor de baby, die nog niet in staat is hiervoor een “verklaring” te vinden. De baby registreert gevoelsmatige gewaarwordingen (interne gebeurtenissen) op zijn kind-recorder en zintuiglijke prikkels (externe gebeurtenissen) op zijn ouder-recorder. De gevoelens die de baby ondervindt, houden alle verband met het al dan niet gestreeld worden. Wie voor streling zorgt, is OK. Zijn ouders en andere mensen uit zijn omgeving zijn dus OK, ook al geven ze weinig streling. Zijn waardering van zichzelf is onzeker, omdat zijn OK-gevoelens kortstondig zijn en voortdurend worden vervangen door niet OK-gevoelens. Meestal komen daar nog de “foei, stout kind, dat mag niet, dat is vies, enz.”-ervaringen bij die het kind helemaal niet begrijpt. Tenslotte komt het kind door deze onzekerheid en de negatieve ervaringen op de kind- en de ouder-recorder tot de overtuiging dat het niet OK is.
Deze ingenomen positie lijkt ongunstig, maar het is tenminste iets waarmee gewerkt kan worden. De volwassene in de jonge persoon heeft zijn eerste overwinning behaald op het leven. “Ah, zo zit het leven in elkaar!” Als ik niet OK ben en mijn ouders (of andere personen uit mijn omgeving) zijn dat wel, wat moet ik dan doen opdat de personen die OK zijn, lief zijn voor mij, iemand die niet OK is? Met deze ingenomen positie, die tijdens onze verdere levensjaren voortdurend wordt versterkt en bevestigd door registraties op onze kind- en ouder-recorders (je bent niet goed, je leert slecht, je bent stout, dat mag je niet doen, enz.) worden wij de rest van ons leven geconfronteerd. We aanvaarden onszelf niet! We doen er daarom alles aan om zoveel mogelijk door anderen te worden gewaardeerd. Lukt dit niet, dan zitten we in de put, we worden depressief, we voelen ons verlaten en alleen op de wereld, de problemen stapelen zich op.
Is er een uitweg? Kunnen we ook leven wanneer we de appreciatie van anderen moeten ontberen? Kunnen we de positie “ik ben niet OK – jij bent OK” veranderen in de positie “ik ben OK – jij bent OK”? Kunnen we komen tot de situatie waarin we onszelf aanvaarden zoals we zijn? Al deze vragen kunnen beantwoord worden met ja!

Geen opmerkingen: