donderdag 27 september 2012

Leun achterover en luister even!

Klik op onderstaande link (SoundCloud)!

Wachten op Godot

woensdag 26 september 2012

Hé, bezoeker. Welkom!
Ik ben zowat aan het einde gekomen van mijn filosofische omzwervingen met betrekking tot gelukkig zijn. Wie het hele verhaal wil lezen, begint best op 10 augustus 2007. Veel leesplezier. Een mailtje of commentaar is altijd welkom.

zondag 26 augustus 2012

LHC-rap op youtube

De Large Hadron Collider (LHC) in Cern is sinds het najaar van 2008 in het nieuws. Soms verslapt de media-aandacht voor dit project maar wanneer de metingen weer gestart worden staat de LHC weer op de voorpagina. Eén van de manieren waarop het LHC-experiment bij het grote publiek bekend is geworden, is de LHC-rap op youtube. Een medewerker van CERN heeft de wetenswaardigheden rond dit experiment in een Engelstalige rap geplaatst. In een artikel wordt door Marcel Vreeswijk in gewoon Nederlands uitgelegd wat het experiment inhoudt. Hierbij heeft de tekst van de rap als uitgangspunt gediend, maar het is geen letterlijke vertaling geworden. De rap kun je vinden, compleet met Nederlandse vertaling op:

CERN, the European Organization for Nuclear Research, is one of the world’s largest and most respected centres for scientific research. Its business is fundamental physics, finding out what the Universe is made of and how it works. At CERN, the world’s largest and most complex scientific instruments are used to study the basic constituents of matter — the fundamental particles. By studying what happens when these particles collide, physicists learn about the laws of Nature.
The instruments used at CERN are particle accelerators and detectors. Accelerators boost beams of particles to high energies before they are made to collide with each other or with stationary targets. Detectors observe and record the results of these collisions.
Founded in 1954, the CERN Laboratory sits astride the Franco–Swiss border near Geneva. It was one of Europe’s first joint ventures and now has 20 Member States.

zondag 6 mei 2012

De Kosmos III
Deze hypothese lost enkele problemen op.
De “inflatie”, om de snelle vorming van het heelal te beschrijven, is overbodig geworden. Snelheden groter dan de lichtsnelheid (wat niet kan in onze fysica!) hebben we dus niet nodig. Ieder zwart gat heeft rondom zich een melkwegstelsel gevormd.


En aangezien er oerknallen in miljarden zwarte gaten hebben plaats gehad, was het heelal is een oogwenk opgevuld. In het centrum van ieder melkwegstelsel bevindt zich immers een zwart gat, waaromheen de materie (de zonnestelsels enz.) draait.
En de antimaterie? Die bevindt zich in het anti-heelal, aan de andere kant van ieder zwart gat. Moesten we onszelf kunnen omvormen in een pakketje energie en moesten we ons door een zwart gat kunnen laten opslorpen, we zouden terechtkomen in het anti-heelal. De materie van het anti-heelal vertegenwoordigt de enorme aantrekkingskracht van een zwart gat in ons heelal. En omgekeerd, de materie van ons heelal zorgt voor de enorme aantrekkingskracht in het anti-heelal.
De melkwegstelsels blijken elkaar af te stoten waardoor het heelal nog verder uitdijt. Ze bewegen steeds verder uit elkaar. Wat er uiteindelijk met ons heelal gaat gebeuren, de wetenschap is het daarover nog niet eens. Gaat het heelal eeuwig blijven uitdijen waarbij de sterren van de melkwegstelsels uiteindelijk uitdoven of gaat het heelal op een zeker ogenblik weer inkrimpen tot het ineenstort in een punt met een eindkrak? Wie zal het zeggen?
Hier komt onze hypothese ons ook weer ter hulp. De zwarte gaten in het midden van de melkwegen gaan steeds meer materie van het heelal en de corresponderende antimaterie van het anti-heelal opslokken, waarbij deze twee soorten materie elkaar gaan vernietigen en waarbij de oorspronkelijke energie weer vrij komt die zich ophoopt in de zwarte gaten. Dit gaat door totdat alle materie is omgezet in energie en het heelal en het anti-heelal verdwenen zijn, elkaar hebben opgeslokt (annihilatie). We zijn aangeland bij de oorspronkelijke situatie van vóór de oerknallen en het valt te verwachten dat een nieuwe cyclus van ontstaan en weer vergaan van het heelal en het anti-heelal zich zal voordoen. Wij krijgen nieuwe oerknallen in miljarden zwarte gaten. De kosmos en de anti-kosmos kunnen weer evolueren.

zaterdag 5 mei 2012

De Kosmos II
Het punt waar de oerknal heeft plaats gehad, was en is naar mijn gevoel een zwart gat.


Volgens de algemene relativiteitstheorie van Einstein is een zwart gat een gebied waaruit niets, zelfs niet het licht kan ontsnappen. In zo’n zwart gat bevindt zich een enorme, zeer compacte massa die een geweldige zwaartekracht uitoefent. Rond een zwart gat is er een denkbeeldig oppervlak dat als grens optreedt, de “waarnemingshorizon”. Even buiten deze horizon kan materie en licht nog net aan de zwaartekracht van het zwarte gat ontsnappen. Eenmaal hier binnen verdwijnt alles in het centrum van het gat.

Een idee dat mij maar niet wil loslaten, is dat de oerknal niet heeft plaats gehad in één punt, maar in oneindig veel punten, in oneindig veel zwarte gaten, al of niet tegelijkertijd. En in ieder zwart gat heeft de explosie de materie in ons heelal geslingerd en de antimaterie in het anti-heelal. Hierbij kregen we aan beide zijden afkoeling van de deeltjes met de vorming van sterren, planeten, manen, zonnestelsels enz. tot gevolg en met als eindresultaat een melkweg. Het heelal is dan de optelling van al deze melkwegen, gevormd tijdens de oerknal van de vele zwarte gaten. Hetzelfde geldt voor het anti-heelal.



Dat anti-heelal is voor ons niet zichtbaar, niet bereikbaar, niet bestaande. Het bevindt zich in een andere wereld, in een soort kosmos waar wij met ons verstand (nog) niet bij kunnen. Het bevindt zich in een andere “dimensie” (de wetenschap werkt in haar berekeningen momenteel met 10 dimensies!).

woensdag 2 mei 2012

De Kosmos I
De formule van Albert Einstein is: E = mc2 (E = energie, m = massa, c = 300.000 km/s, de lichtsnelheid). Energie kan omgezet worden in materie en materie kan omgezet worden in energie! Materie is zeer sterk geconcentreerde energie.
In situaties met extreem hoge temperaturen (zoals bij de oerknal) kan energie omgezet worden in deeltjesparen bestaande uit een deeltje en een corresponderend antideeltje. Bij de botsing van een deeltje met een corresponderend antideeltje, vernietigen beide deeltjes elkaar (= annihilatie) en komt de energie, gebruikt om het paar te vormen, weer vrij.


Tijdens de oerknal is in een punt een enorme hoeveelheid energie omgezet in materie en antimaterie. De materie heeft zich tijdens de verwarring die er heerste in de enorm hete oerbrij kunnen ontdoen van de antimaterie. Waar is die naartoe gegaan? Een van de hypothesen die de wetenschap hanteert om het verdwijnen van de antimaterie uit ons heelal te beschrijven, is dat er een scheiding heeft plaats gehad en dat de antimaterie is gekatapulteerd naar een ver verwijderd en nog niet waargenomen deel van het heelal. Bij het ontstaan van het heelal zou alle materie in één deel en de antimaterie in een ander deel van hetzelfde heelal terecht gekomen zijn. Vreemd vind ik dat!
Bij de oerknal vond een explosie plaats die de grote massa hete deeltjes enorm snel in alle richtingen de ruimte inslingerde waardoor deze deeltjes gingen afkoelen met vorming van sterren, planeten, zonnestelsels en melkwegen tot gevolg. Zo werd ons heelal geboren, zegt de wetenschap. Het enorm snel wegslingeren van alle deeltjes in alle richtingen wordt beschreven met behulp van het begrip “inflatie”. Hierdoor werd het heelal in zeer korte tijd zeer sterk “opgeblazen”, waarbij er sprake is van snelheden die deze van de lichtsnelheid sterk overtreffen. Wel, hiermee heb ik het ook moeilijk!

woensdag 28 maart 2012

Rondrijden in mijn LEM-Mobiel IV
Iedereen heeft problemen, sommigen zeer dikwijls, anderen maar af en toe. Heb ik er zelf, dan probeer ik die ook zelf op te lossen. Het is fijn wanneer iemand wil luisteren naar je miseries, je tegenslagen, maar ik vind dat iedereen zijn problemen zelf moet aanpakken en trachten op te lossen. Kom ik iemand tegen met een probleem, dan tracht ik naar zijn/haar verhaal te luisteren, eventueel mee te voelen en zelfs te helpen wanneer hij/zij erom vraagt. Goede raad geven, zeggen wat de ander moet doen, blijkt niet te werken en ongevraagd hulp verlenen valt dikwijls niet in goede aarde.


Ik ben blij dat ik een idealist ben, iemand die doorgaans optimistisch is en alle gebeurtenissen positief tracht te benaderen.
Ik probeer zoveel als mogelijk hier en nu te leven, op te gaan in en te genieten van mijn werk en mijn bezigheden, te genieten van de kleine dingen. De positieve dingen van het verleden nog eens oproepen en herbeleven zal iedereen wel af en toe eens doen. Het is fijn. Ik heb de negatieve dingen van het verleden zo goed als mogelijk verwerkt en opgelost. Bovendien waak ik erover dat er geen frustraties meer onopgelost in mijn frustratiekastje blijven liggen. Negatieve dingen die zich in de toekomst zouden kunnen voordoen, probeer ik te sublimeren door deze in gedachten en met mijn gevoelens eens door te maken. Het is altijd leuk om iets te hebben waarnaar je kan uitzien, om een beloning in het vooruitzicht te hebben: een fijn diner ’s avonds met een glas wijn, een optreden met ons muziekgroepje, een boek lezen in bed, op vakantie gaan, naar een feestje gaan, op stap gaan met vrienden … Maar wachten op Godot doe ik niet meer, ik heb erg veel geduld en doordat ik kan genieten van zelfs de kleinste dingen (een roodborstje op het hek, een spelend kind, een mier met een enorm stukje kaas tussen de kaken, een ekster die van op de berm naar een file kijkt waarin ik zit …) zal ik mij niet gauw vervelen.
Eén ding is duidelijk: aan ons geluk moeten we voortdurend blijven timmeren. Persoonlijk groeien stopt pas bij de dood.

dinsdag 27 maart 2012

Rondrijden in mijn LEM-Mobiel III
Er zijn van die dagen dat ik me niet zo best voel, ja zelfs dat ik me rotslecht voel. Vroeger dacht ik: dat mag niet, ik moet flink zijn! Nu verzet ik me hiertegen niet meer, ik laat mijn gevoelens opborrelen, ik aanvaard gewoon mijn emoties, ik leef ermee. Iedereen heeft het recht om zich af en toe niet optimaal of rot te voelen. Moet ik die dag er toch staan, dan ga ik soms in alfa en pep mezelf op via de gepaste autosuggestie.
Soms heb ik een naar gevoel dat ik niet direct kan thuisbrengen. Meestal probeer ik dan zo snel mogelijk te achterhalen waar dat vandaan komt en wanneer ik de oorzaak vind, probeer ik er snel aan te verhelpen. Iets uitpraten of proberen te begrijpen waarom iemand niet vriendelijk was of een begane fout proberen te herstellen. Een opgelopen frustratie probeer ik steeds zo snel mogelijk op te lossen in plaats van ze te verdringen.
Wanneer ik me angstig voel, schrik heb om ziek te worden of niet au sérieux genomen te worden bijvoorbeeld, dan beleef ik die angst en ga nog een stapje verder: ik probeer me die beangstigende situatie helemaal voor te stellen en te voelen hoe erg dat dan wel zal zijn. Het resultaat is meestal een verlichting, zoals een optrekkende mist.
Ik vorm nogal gemakkelijk mijn mening over van alles en nog wat. Toch probeer ik zo weinig mogelijk te oordelen en te veroordelen. Wie ben ik om een juist oordeel te vellen. Ik tracht de zaken zoveel mogelijk neutraal te bekijken. Wat op een bepaald ogenblik een schande of een ramp is, kan later soms een zegen blijken te zijn. Mijn eerste lief maakte het af … een ramp! Later bleek dat voor ons beiden het beste te zijn. De keerzijde van een onfraaie medaille is soms een juweeltje. Ik had een auto-ongeval met perte totale … catastrofe! Mijn volgende auto was veel baanvaster dan mijn vorige.

maandag 26 maart 2012

Rondrijden in mijn LEM-Mobiel II
Een ding is zeker: heeft men een jachtig leven, dan is de kans groot dat er van al deze mooie bedenkingen niet veel in huis komt. Heeft men niet de tijd om zich regelmatig af te vragen waarmee men bezig is, om bewust te leven, dan constateert men vroeg of laat dat men geleefd wordt, dat men een kuddedier is, dat men een “productieve consument” is. Daar bedank ik voor. Ik tracht bewust te leven, thuis, bij mijn klanten, in mijn vrije tijd … en daarvoor bekijk ik regelmatig mezelf en de situatie waarin ik zit. Verlopen de zaken harmonisch? Voelt de situatie goed aan? Zijn mijn medemensen in goeden doen? Zoniet speel ik daarop in, spontaan, onbevangen en assertief en probeer ik het gebeuren de goede kant op te krijgen. Dat lukt niet altijd, maar zelden heeft deze aanpak me vijanden opgeleverd. Ik probeer begrip op te brengen voor de ander, ik ga ervan uit dat eenieder een andere kijk op de wereld heeft en dat achter ieder gedrag wel een (voor hem) goede bedoeling steekt. Vind ik dat ik onheus of onrechtvaardig behandeld word, dan ga ik de dialoog aan en probeer een oplossing te vinden waarbij iedere partij zijn zelfrespect kan behouden. Ik probeer spontaan te leven, ik tracht te handelen en te reageren zoals mijn wezen me dat ingeeft. Soms kom ik dan minder goed of zelfs belachelijk over, dat is dan brute pech, maar ik was tenminste helemaal mezelf, zonder me anders voor te doen dan ik ben. Wel zal ik dan hieruit de nodige lessen trekken voor de toekomst zodat deze hachelijke situaties steeds minder voorkomen en mijn zelfvertrouwen steeds groeit. Intimiteit is voor mij belangrijk, ik praat liever met iemand over zijn/haar en mijn zieleroerselen dan over “de scheiding van mevrouw Séparé”, “de zoveelste moord van meneer Tueur” of “de rijkdom van zanger meneer Money”.

woensdag 14 maart 2012

Rondrijden in mijn LEM-Mobiel I
Leven in een westerse wereld is niet eenvoudig, tenzij we ons opsluiten in een klooster en leven als een oosterse monnik (en zelfs dan). We leven en werken in een maatschappij die voortdurend een druk op ons uitoefent, zowel op het persoonlijk als op het maatschappelijk vlak. Iedere dag tracht ik te leven zonder die druk te voelen, in alle vrijheid. Wanneer ik een dag begin, neem ik me voor volledig mezelf te zijn, me niet te gedragen als iemand anders. Ik ben ik en ik hoef geen dingen te doen die boven mijn petje gaan of die me helemaal niet liggen. Ik doe mijn best om zoveel als mogelijk rekening te houden met mijn omgeving en om zo harmonisch mogelijk te leven, om de dingen zo goed mogelijk te doen, op mijn manier en op mijn ritme. Ik probeer voortdurend de dingen te doen met hart en ziel, op te gaan in mijn werk (zodoende vergeet ik nogal eens de tijd in de gaten te houden). Ik tracht te genieten van alles wat ik doe. Van de grote zowel als van de kleine dingen. Een computerprogramma schrijven, wandelen, afdrogen, bowlen, in de tuin werken, een elektriciteitsschakelaar vervangen, muziek spelen, met vrienden een babbeltje slaan … ik doe het met hart en ziel, met mijn lichaam, mijn gevoelens en mijn verstand, kortom met heel mijn LEM-mobiel. Gebeurt er iets wat onaangenaam of zelfs catastrofaal is, dan probeer ik daar de nodige lessen uit te trekken. Ofwel pas ik mijn manier van doen aan ofwel, als dat tegen mijn principes indruist, probeer ik die ongelukkige situaties in de toekomst te vermijden. In mijn kleding houd ik een beetje rekening met de mening van mijn vriendin, mijn kantooruren voor de klanten bepaal ik zelf, met een kennis waarmee ik niet kan opschieten, zoek ik geen contact meer … Ik wil in alle vrijheid mijn leven zelf bepalen. Ik kies mijn leven, ik creëer zelf mijn dagen. Is er iets dat ik graag heb, de relatie met mijn vriendin bij voorbeeld, dan heb ik daar graag ook veel voor over, omdat het de moeite is (zie ook "een relatie harmonisch beleven" van 9 mei 2008).

maandag 12 maart 2012

Innerlijke rijkdom
De kapitale vraag in het begin van deze blog was: “Wat is gelukkig zijn?” Ik heb hiervoor volgende definitie gegeven: “Geluk is genieten van innerlijke rijkdom”. Maar: “Wat is innerlijke rijkdom?” Wat bedoel ik daarmee? Ik denk dat het antwoord hierop stilaan wel min of meer duidelijk is. Voor mij is innerlijke rijkdom, is gelukkig zijn, me vrij kunnen voelen zowel op persoonlijk als op maatschappelijk vlak.

Vrijheid op persoonlijk vlak betekent volledig mezelf kunnen zijn zonder een spel te spelen, zonder me anders voor te doen dan ik ben. Vrijheid op maatschappelijk vlak betekent steeds mijn ding kunnen doen zonder me te laten manipuleren, zonder me in ongewilde richtingen te laten duwen. Vrijheid betekent niet gebonden zijn aan allerlei wurgende situaties. Dit vrij zijn zie ik vooral als loslaten, het niet krampachtig vasthouden en gehecht zijn aan materiële rijkdom, aan een flink betaalde job, aan een mooie maatschappelijke status, aan een mooie portefeuille aandelen … ten koste van mijn eigen welzijn en dit van mijn medemensen. Met al de dingen die ik niet bezit, heb ik geen problemen. Verlies ik dingen die ik wel bezit, dan vergaat mijn wereld niet, dan pas ik me aan de veranderde situatie aan. Ik zal dan wel eens vloeken en zelfs veel verdriet hebben, zeker wanneer het gaat om het verlies van familieleden of vrienden. Maar ruimer bekeken heb ik me zo goed en zo kwaad als mogelijk voorbereid op elke verandering die ik van dag tot dag in mijn leven kan tegenkomen. Ik verwacht niets: op die manier is alles wat ik krijg een geweldig cadeau. Ik hecht me niet te veel aan wat ik heb: zodoende is een verlies gemakkelijker te verwerken. Ik plan wel dingen: naar klanten gaan, in de tuin werken, naar een vergadering gaan, op vakantie gaan, bepaalde tv-programma’s bekijken … maar hierbij stel ik me flexibel op. Komt er een kink in de kabel, valt er iets in duigen, dan pas ik mijn planning aan en het leven gaat voort. Zijn er minder leuke dingen op reis (nachtlawaai, meningsverschillen …) of verloopt een feestje niet zoals verwacht (een zeurpiet die de hele tijd het hoge woord voert, gesprekken over pietluttigheden, het eten of de muziek niet fameus …) dan probeer ik er toch het beste van te maken. Innerlijke rijkdom betekent me op weg weten in mijn persoonlijke groei: mezelf kennen en aanvaarden, lessen trekken uit mijn stommiteiten om mezelf voortdurend te verbeteren en alzo mijn zelfvertrouwen verder te vergroten en te groeien naar een mens met een eigen persoonlijkheid die in vrede kan leven met zichzelf en harmonisch kan samenleven met zijn omgeving. Innerlijke rijkdom zit in het trachten mijn leven, mijn medemens, mijn wereld en de kosmos te begrijpen en een uitstekend onderdeel te zijn van die “grote machinerie”. Ik, een heel klein onderdeeltje, ben niet belangrijk. Het geheel, het heelal, waar ik voor mezelf een beeld van heb gevormd, is dat wel.

vrijdag 2 maart 2012

De evolutie van ons universum
Om 3A en onze leefwereld nog iets beter te begrijpen, kijken we naar de evolutie van de mens naar 3A toe in het volgend diagram.




De horizontale as is een maat voor de spirituele rijkdom. Uiterst links zitten de mensen die zich op generlei wijze bezighouden met spiritualiteit, met de hogere waarden van het leven. Dit zijn de realisten, zij die zich enkel bekommeren om concrete dingen. Uiterst rechts vinden we de idealisten. Deze zijn niet rechtstreeks geïnteresseerd in de beslommeringen van elke dag, maar eerder in het hoe en het waarom van ons menszijn, in de zin van het leven. De verticale as meet de materiële rijkdom. Helemaal bovenaan treffen we de materialisten aan, de mensen die geld, macht en invloed nastreven, koste wat het kost. Helemaal onderaan bevinden zich de zorgelozen, de wezens die niets “hebben” en ook niets wensen te “hebben”. Deze twee assen verdelen het blad in vier kwadranten. Hierin kunnen we de subsystemen van de kosmische evolutie onderbrengen.
Volledig realist, concreet en niet geïnteresseerd in het “hebben” van dingen zijn de wezens in de linker benedenhoek: de mineralen, de planten en de dieren. Het eerste kwadrant, links onder, is bevolkt door onze menselijke voorouders (van mensapen tot homo sapiens). Zij waren in het geheel niet spiritueel en iets bezitten begonnen onze voorouders pas te appreciëren toen ze minder gingen trekken en zich meer in groepen op bepaalde plaatsen gingen vestigen. Het tweede kwadrant, links boven, wordt bevolkt door de mensen. Het derde, rechts boven, door de genieën. Het vierde, rechts beneden, door de wijzen. Een verdere evolutie, naar 3A toe, heeft plaats uiterst rechts en uiterst beneden, van het blad weg.
De evolutie van ons universum beschrijft in dit diagram een boog van het eerste kwadrant, over het tweede, over het derde, naar het vierde. Interessant om te bekijken is de bezetting van het tweede kwadrant door de mensen. Welke mensen zitten waar? Ik heb een poging gedaan om de voornaamste geledingen van onze maatschappij er een plaats te geven.
Enkele groepen bevinden zich op de scheidingslijn tussen de mensen en de genieën. Onder de kunstenaars en de mystici waren en zijn er zeker al genieën te vinden. Ook sommige individuele mensen konden en kunnen we rekenen onder de genieën en misschien zelfs onder de wijzen (bepaalde wetenschappers en religieuzen). De mystici (mensen die via ascese en contemplatie, via onthouding, ontberingen, meditatie en beschouwingen proberen tot een verruiming van het bewustzijn te komen en indien mogelijk via extase of geestesverrukking tot een vereniging met het goddelijk wezen) staan uiteraard het laagst op het trapje van het materialisme. Helemaal links bovenaan treffen we de criminelen en de fraudeurs (witteboord-criminelen) aan. Hun is het zoveel mogelijk om de poen te doen, ook wanneer dit ten koste is van mensenlevens. Grove onrechtvaardigheden en veel mensenleed deren hen niet. Een trapje lager zit de economie, die erg materialistisch is ingesteld. De politici zijn hier niet ver uit de buurt, enkele idealisten niet te na gesproken. In de politiek wordt blijkbaar het eigenbelang en het partijbelang meestal boven het algemeen belang gesteld. De sociale werkers (de verzorgende en de maatschappelijke sector) zijn meestal meer menslievend ingesteld. Zij bevinden zich een stuk lager qua materialisme en een stuk meer naar rechts omdat ze idealistischer zijn. Onze westerse cultuur bevindt zich onder de economie en de politiek. Ze sluit dicht aan bij de wetenschap die, samen met de kunst en de techniek, de hoofdingrediënten zijn van onze cultuur. De oosterse cultuur staat er naar mijn gevoel beter voor. De religies zijn spiritueler en minder bezorgd om materiële goederen en ook hier scoort volgens mij het oosten beter dan het westen. Sekten en charlatans zijn dan weer meer uit op eigen gewin en hun spiritualiteit lijkt mij eerder twijfelachtig. De filosofie en de moraal flankeren de religies en hebben meer spiritualiteit in huis. De mensen in de ontwikkelingslanden staan materialistisch gezien een stuk lager dan de economie van het rijke noorden en zitten qua spiritualiteit iets meer naar links. De religies hebben door de jaren heen getracht hieraan enigszins te verhelpen. Momenteel worden de ontwikkelingslanden meer beschouwd als werkterrein voor het grote gewin van de westerse economie.
Wanneer we aannemen dat de evolutie er zo zal uitzien, is het aangewezen dat wij hiermee nu al rekening houden en zelfs proberen bij te dragen tot die evolutie door gezond verstand, liefde en wijsheid. De evolutie is momenteel toegespitst op de wetenschap, de techniek en de technologie en deze worden gestimuleerd door de materialistisch ingestelde economie. De assimilatie en verwerking hiervan door de mens hinkt achterop. Moeten wij ons derhalve negatief opstellen tegenover de ontwikkeling van de moderne technologieën? Volgens mij niet. De informatie- en communicatietechnologie (ICT) en de gentechnologie (genetische manipulatie, klonen van dieren en mensen ...) zijn toch niet tegen te houden. De ontwikkeling van iedere technologie gebeurt met vallen en opstaan. Misbruiken en groot geldgewin zijn niet uit te sluiten. Een geruststelling is dat de mensheid een zelfregulerend systeem is dat uiteindelijk alle misbruiken zal afstoten. Volgens onze 3A zienswijze evolueren we naar genieën, hetgeen moet gebeuren via de wetenschap en de verruiming van onze mentale vermogens.

dinsdag 28 februari 2012

Wat is gelukkig zijn?
Na de verkenning van onszelf, onze LEM-mobiel, onze persoonlijke en maatschappelijke vrijheden, de goden en de religies, de esoterie en de paranormale verschijnselen, kom ik terug op de kapitale vraag: "Wat is gelukkig zijn?"
Geluk? Wat is geluk? Bestaat dat? Voor sommigen blijkbaar wel, voor anderen niet. Bestaat er een goede definitie van “Geluk” of “Gelukkig Zijn”? Wanneer kan je zeggen dat je gelukkig bent? Hoe weet je dat? Kan je dat meten? Ik heb daar lang over nagedacht en naar gezocht. Nu ben ik van mening dat:
Je kan je gelukkig noemen wanneer je voor minstens tachtig procent van de tijd je goed voelt in je vel.
Je goed voelen in je vel? Wanneer je tevreden bent met jezelf en je situatie, wanneer je jezelf aanvaardt zoals je bent en je vol vertrouwen de gebeurtenissen en de toekomst tegemoet durft treden, wetend dat je jezelf er wel weer doorheen zult slaan, dan denk ik dat je een gelukkig persoon bent. Wanneer je kunt genieten van elk ogenblik van de dag, van de kleine dingen om je heen, wanneer je plezier beleeft aan je werkzaamheden (omdat je ze met liefde en veel zorg uitvoert), wanneer je geniet van een mooi graspleintje, van een vriendelijke goedendag naar je collega of je buurvrouw, wanneer je bij een probleem voldoende positief ingesteld blijft en erop vertrouwt dat de zaak wel goed zal aflopen, dan denk ik dat je jezelf gelukkig mag noemen.
Volgens mij hebben wij mensen verleerd “echt” te leven, gelukkig te zijn, gewoon te “zijn”. We beseffen niet meer wat onze moeder aarde allemaal aan moois te bieden heeft. Het genieten hebben we gewoon afgeleerd! We wachten steeds maar op Godot. Als kind werd me altijd gezegd: “Het leven is een tranendal! Je moet wachten op het hiernamaals, daar is het goed! Daar krijg je rijstpap met gouden lepeltjes!” Waarschijnlijk komt het daardoor dat ik nu nog altijd geen rijstpap lust. In mijn studententijd was het niet veel beter: “Je moet je uiterste best doen! Nu moet je hard studeren, dan zul je later een goede positie in de maatschappij bekleden!” “Luiaards, dieven, vechters … zullen hun verdiende straf niet ontlopen.” Dus moest je werken, om later niet gestraft, maar beloond te worden, later … Geen plezier nu, maar noeste arbeid. De schrik voor “de hel” werd er gewoon ingestampt. Het spontane en het creatieve werden afgeremd, het inventieve en de nieuwe ideeën werden beknot.
De doorsnee burger is verplicht in het systeem mee te draaien. Velen doen mee, omdat ze de ambitie hebben ooit aan de top van het systeem te geraken of omdat meedoen hun mooi is voorgesteld of omdat iedereen het doet. Degenen die niet meedoen, horen er niet meer bij, ze worden uitgestoten, scheef bekeken (werklozen), ze worden als een rariteit beschouwd: de marginalen. Op die manier wordt de gewone burger gemanipuleerd, gechanteerd om mee te doen. Iedereen wil er toch bijhoren! Wie wil er nu uitgesloten zijn? Daarom werkt het systeem zo goed. “Nee, nee, geen tijd voor die flauwe kul. Ik moet morgen om acht uur op mijn werk zijn. Ach, dat brengt toch niks op!” Het systeem is zo opgevat dat men er steeds dieper in komt te zitten. Men kan zich op zijn werk niks permitteren, want: er is het huis dat afbetaald moet worden en ik zou volgend jaar een nog mooiere wagen willen kopen dan mijn collega en onze reis naar Egypte en …
Er blijft geen tijd meer over voor eenvoudige dingen. Je wordt er ongelukkig door, maar ja, tenslotte wen je toch aan alles! De mens verleert hoe langer hoe meer de essentiële dingen die hem tot mens, tot een boeiend individu, een persoonlijkheid maken. Hij wordt een kuddeschepsel, een schaap. En nog wel een schaap dat niet mag blaten.
Na mijn belevenis (in gedachten, zie 18 december 2007) met de grijze, wijze man, ben ik tot de conclusie gekomen dat het geluk in jezelf ligt, niet in de materiële dingen om je heen. De dingen binnen in jezelf, je innerlijke rijkdom kan niemand je afpakken. Je baan, je auto, je huis, je vrouw of man, je kind, je invloed, je beleggingen … dat alles kan je kwijtraken. Je geestelijke, je spirituele rijkdom niet. Zo kwam ik tot volgende definitie:
Gelukkig zijn is genieten van innerlijke rijkdom.
Toen ik deze definitie bekeek, dacht ik: hoe zit het dan met materiële rijkdom? Mensen die rijk zijn, veel geld en bezittingen, veel macht en invloed hebben, kunnen die dan niet gelukkig zijn? Na veel discussies met een van mijn vrienden, die goed thuis is in de wereld van geld beleggen, moet ik toegeven: er is niks mis met geld en bezittingen, met macht en invloed op zich, iemand die daar veel van heeft kan ook gelukkig zijn. Waar zit dan het schoentje gewrongen? Wanneer iemand geld, carrière en macht nastreeft “ten koste van” zijn gezondheid, zijn gemoedsrust, zijn partner, zijn kinderen en familie, zijn medemens … dan is er iets mis, dan gaan de frustraties zich opstapelen, dan komt stress om de hoek kijken, dan is gelukkig zijn ver te zoeken. Men verliest zijn eigenwaarde, men wordt diep binnenin ongelukkig. Meestal is het zo dat men deze situatie eigenlijk niet gewild heeft, maar men is erin gesukkeld. Er is geen weg meer terug, “zegt” men. Bovendien houdt de opwinding van veel geld te verdienen, van iemand te zijn met aanzien in de maatschappij, de betreffende persoon draaiend. Men leeft van de kicks die bezit en macht met zich meebrengen, maar men kan niet meer genieten van de kleine dingen, men kan niet meer eenvoudigweg gelukkig zijn.
In het slechtste geval barst na een tijd de bom: overspannen, ziek, lusteloos, veel afwezig op het werk, veel ruzie thuis, soms zelfmoord of een of ander familiedrama. Dit bracht me tot het tegenovergestelde van gelukkig zijn: een definitie van “ongezonde” stress.
Stress is niet nee kunnen zeggen tegen materiële rijkdom.
Geld op zich is niet vies, invloed hebben kan prachtig zijn, maar deze dingen nastreven ten koste van het eigen geluk en dit van zijn medemens is triestig, zelfs misdadig.

dinsdag 14 februari 2012

Paranormale verschijnselen: Nabeschouwing II
We kunnen ons nu de vraag stellen: “Wanneer wij met een probleem zitten, is het dan niet veel gemakkelijker om snel naar een waarzegger of een kaartlegster te lopen en hem/haar te laten vertellen hoe het zit en wat ons te doen staat?” Het grootste bezwaar hiertegen is dat wij dan onze eigen verantwoordelijkheid ontvluchten! Waarom bepalen we niet zelf ons leven? Waarom lossen we niet zelf onze problemen op? Waarom roepen we steeds de hulp in van anderen? Waarom verwachten we steeds alle heil van anderen? Hoe kunnen we groeien als persoon wanneer we steeds aan anderen vragen wat we moeten doen, wanneer we zelf geen beslissingen durven nemen, wanneer we geen risico’s durven nemen en geen fouten durven maken? Hoe kan ons eigen referentiestelsel groeien wanneer we het nooit aan de realiteit toetsen? Hoe kan onze eigenwaarde en ons zelfvertrouwen groeien wanneer we nooit iets zelfstandig, op aanraden van alleen onszelf, ondernemen.
We hebben al die paranormale zaken niet nodig! Waar ik nog kan inkomen, is dat men er gebruik van maakt om zijn eigen karakter te analyseren, om zichzelf beter te leren kennen. Zelfkennis is het begin van persoonlijke groei. Maar zichzelf kennen is enorm moeilijk. Bepaalde hulpmiddelen kunnen hierbij erg nuttig zijn. Voor mij heeft mijn geboortehoroscoop me veel inzicht in mezelf bijgebracht. Waar ik ook nog kan inkomen is dat bepaalde mensen die ernstig aankijken tegen het leven, bepaalde orakeltechnieken toepassen ten einde hun onderbewustzijn, hun intuïtie beter te kunnen inschakelen in hun dagelijks leven.
De wereld van het paranormale houdt een groot gevaar in. Goedgelovige mensen met weinig persoonlijkheid blijken zeer dikwijls het slachtoffer te worden van mensen die uit zijn op geldgewin. Deze zogeheten “charlatans” profiteren van de problemen waarmee heel wat “onzekere” mensen opgescheept zitten. Het is immers niet moeilijk deze “zwakkeren” van onze maatschappij op te lichten. In plaats van dat deze zelfstandiger zouden gaan leven, hun eigen verantwoordelijkheid meer en meer zouden gaan opnemen, worden ze afhankelijk gemaakt van anderen, wat heel gevaarlijk is. Daarvoor kan men niet genoeg waarschuwen. Anderen, die zich in de wereld van het paranormale verdiepen met de bedoeling er iets meer over te weten te komen, zich misschien interessant te maken, hun levensweg te vinden … en die hierbij niemand nadeel berokkenen, kunnen we aanraden voldoende nuchter te blijven. Voor men het weet, verspilt men vele jaren van zijn leven met een zoektocht naar “de heilige graal”, naar “de steen der wijzen”. De wetenschap van zijn kant zou er beter aan doen mee te helpen om het paranormale te demystificeren in plaats van het zo hardnekkig te bekampen.

Wat zeggen wetenschappers die onderzoek verrichten naar het succes van handlezers, kaartleggers, waarzeggers …?
Mensen worden in het leven geconfronteerd met veel onzekerheden. Als iemand bij hun problemen kan helpen door een houvast te bieden, stellen ze zich niet veel vragen over de echtheid van die beweringen. Meer nog, zelfs rationele mensen die niet geloven in bovennatuurlijke krachten, laten zich maar al te graag meeslepen door deze verhalen.
Zijn al deze mensen dan goedgelovig en belachelijk? Helemaal niet. “We zien onszelf en de wereld veel positiever dan in werkelijkheid. En die illusie hebben we nodig om gelukkig te zijn.” Ze motiveert mensen om hun grenzen te verleggen en dingen te doen die ze anders niet zouden aandurven.

maandag 13 februari 2012

Paranormale verschijnselen: Nabeschouwing I
De hierboven besproken “paranormale” verschijnselen lijken mij niet erg “para- of abnormaal”. Men kan vertoeven in een veranderde bewustzijnstoestand (hypnose, autohypnose, alfa, waarzegger, medium …). Men kan informatie bekomen uit zijn onderbewustzijn door zijn spiertjes onbewust “werktuigen” te laten bedienen (pendelen, wichelroede lopen, spiritisme …). Men kan uit (in boeken) vooraf vastgelegde antwoorden, bijgestuurd door het onderbewustzijn, een treffend antwoord op een gestelde vraag bekomen door bepaalde bewerkingen intuïtief uit te voeren met de bedoeling tekens en beelden te bekomen die corresponderen met het beoogde antwoord (I ching, kaartleggen, tarot, runen …). Men kan uit (in boeken) vooraf vastgelegde interpretaties, geholpen door het onderbewustzijn, een waardevolle karakteranalyse bekomen door vastgelegde analysestappen te volgen met de bedoeling een min of meer totaalbeeld te verkrijgen dat overeenkomt met de beoogde karakteranalyse (geboortehoroscoop, handleeskunde, numerologie …). Dit alles lijkt mij heel normaal. Wat mij betreft is hier niets esoterisch en niets occults aan.
Wat “Dat is toeval!” betreft: wanneer we synchroniciteit aannemen, kunnen we de wetenschap van antwoord dienen met te zeggen dat in een synchrone wereld toeval niet bestaat. Alles hangt samen met alles, alles wordt weerspiegeld in alles. Toeval moet wijken voor zinvolle synchroniciteit.
Tenslotte sluit ik de mogelijkheid niet uit dat bij al deze verschijnselen BZW (en eventueel PK) om de hoek komt kijken. Wanneer dit het geval is, hebben we een verschijnsel dat niet van deze wereld is, dat bovenaards is. Gezien mijn ervaring met BZW denk ik te mogen stellen dat we hier te maken hebben met iets dat niet zo ongewoon is, dat verrijkend en verheffend kan werken, dat helemaal niet spectaculair is en dat meer waardering en onderzoeksinspanningen van de wetenschappelijke wereld verdient.

zondag 12 februari 2012

Paranormale verschijnselen: Numerologie II

Om een idee te hebben hoe numerologie werkt, heb ik hierna enkele aspecten van een numerologische analyse weergegeven.

Uit de boeken haal ik volgende interpretatie.


Wanneer ik deze enkele resultaten bekijk, moet ik toegeven dat ik mij hierin wel erg herken. De aandachtige lezer zal ook gemerkt hebben dat ik erg gesteld ben op harmonie in het leven en in mijn relaties, dat ik op zoek ben naar persoonlijke en maatschappelijke vrijheid en hierbij grondig tewerk ga (ik ben een perfectionist) en dat ik nogal belerend overkom en erg graag anders wil zijn dan anderen.
Zoals bij een geboortehoroscoop zal een scepticus ook hier weer aanvoeren dat iemand toevallig op een bepaalde datum geboren is en dat zijn ouders hem zijn naam en toevallig die voornamen gegeven hebben waarmee die duiding overeenkomt en dus dat een numerologische analyse waardeloos is. Ik kijk weer verder dan onze enge ruimte-tijd wereld. In een synchrone kosmos bestaat toeval niet. Bij een bepaalde persoon met een bepaald karakter past een bepaalde officiële naam en deze persoon wordt op de passende datum geboren. Alles hangt samen met alles, alles wordt weerspiegeld in alles. Uit de numerologisch gevonden getallen kan men zinvolle informatie halen over het karakter van iemand. Toeval bij de naamgeving en de geboortedatum moeten wijken voor zinvolle synchroniciteit.

zaterdag 11 februari 2012

Paranormale verschijnselen: Numerologie I
Numerologie is de leer der getallen. Hierbij worden de getallen die corresponderen met de geboortedatum en de officiële naam (voornamen plus familienaam) van een proefpersoon gebruikt om te komen tot een beeld van zijn/haar karakter en zijn/haar lotsbestemming. De filosoof en wiskundige Pythagoras van Samos (569-475 voor Christus) hield zijn volgelingen o.a. volgende “geloofsaxioma's” voor: “Op het diepste niveau is de werkelijkheid wiskundig van aard” en “Bepaalde symbolen (b.v. getallen) hebben een geloofswaarde”.
Hij ging ervan uit dat de getallen 1 tot en met 9 een volledige cyclus vormen. Na de 9 komt 10, maar telt men de 2 cijfers van 10 bij elkaar op, dan bekomt men terug 1 (1+0 = 1). Hierop berust de numerologie. Ieder bekomen getal wordt herleid tot 1 cijfer, behalve de zogenaamde “meestergetallen” 11, 22 en 33. Zo wordt 12 herleid tot 3 (1+2 = 3) en 35 tot 8 (3+5 = 8). Numerologen geloven dat de getallen alle aspecten van het leven kunnen weerspiegelen. Elk getal kan positief of negatief uitwerken. Nu bestaat er ook een tabel (zie hiernaast) waarin elke letter van het alfabet ondergebracht is bij zijn eigen getal. Door hiervan gebruik te maken kan men namen omzetten in getallen.
Aan de getallen van 1 tot en met 9 werden in de numerologie, maar ook in de tarot en de astrologie, basiseigenschappen toegekend. Hiervan werd in de boeken gebruik gemaakt om de duiding per aspect van het leven verder te specificeren. Ook het getal 0 heb ik opgenomen in het volgende lijstje met basiseigenschappen van de getallen 1 - 9.

vrijdag 10 februari 2012

Paranormale verschijnselen: Handleeskunde
Handleeskunde is veel meer dan wat kermishandlezers plegen te doen: direct “lezen uit de hand”. Handleeskunde of chirologie is eerder wetenschappelijk opgevat en is zeker niet eenvoudig. Eerst wordt een grondige analyse gemaakt van alle delen van de handen waarbij elk van de norm afwijkend handkenmerk wordt opgetekend. Hierbij wordt gebruik gemaakt van fotografie en handafdrukken. Niet alleen de lijnen in de handen zijn belangrijk. Men bestudeert de huid, de handen als geheel, de nagels, de vingers, de heuvels of bergen van de handen en de lijnen van de handen.


Na de analyse volgt de synthese: het samenstellen van een zinvol karakterbeeld uit de betekenissen van de gevonden handkenmerken.
In de linkerhand zijn de erfelijke eigenschappen terug te vinden: de onbewuste motieven en drijfveren. Meestal bestaat een duidelijke overeenkomst met de geboortehoroscoop. In de rechterhand zijn de bewuste eigenschappen, ontstaan door de opvoeding en de milieu-invloeden, aangegeven. Een grote hand en/of lange vingers duiden op een persoon die zich interesseert in details met het gevaar door de bomen het bos niet te zien. Een kleine hand en/of korte vingers behoren tot iemand met organisatorisch talent, iemand die het geheel wil blijven overzien, maar het gevaar loopt daardoor details over het hoofd te zien. Lange nagels duiden op gereserveerdheid, korte op snel tot handelen komend. Een geprononceerde Venusberg: levenslust, sterke seksualiteit; een vlakke Venusberg: weinig levenslust, gebrek aan fysiek weerstandsvermogen. Een levenslijn in een kleine boogvorm: weinig vitaliteit; in een grote boogvorm: grote vitaliteit. Een rechte hoofdlijn: rechtlijnig denkend, weinig voorstellingsvermogen; een gebogen hoofdlijn: goed voorstellingsvermogen, goed ontwikkelde fantasie. De hartlijn laag in de hand: meer gevoelswarmte; hoog in de hand: minder gevoelswarmte. Dit zijn maar enkele van de vele aspecten die bij handleeskunde in aanmerking worden genomen en die opgezocht kunnen worden in gespecialiseerde boeken.
De scepticus heeft zijn antwoord weer klaar: heel het lichaam en dus ook de handen zijn toevallig zo gegroeid en dus is het onzin om uit de constitutie van de handen iets te gaan besluiten over iemands karakter. Weeral wil ik verder kijken dan onze enge ruimte-tijd wereld. In een synchrone kosmos bestaat toeval niet. Bij de geboorte heeft iedere persoon zijn lichaam meegekregen en tijdens zijn levensloop groeit en verandert dit lichaam samen en in wisselwerking met de hele kosmos. Bij een bepaalde persoon met een bepaald karakter passen bepaalde handen. Alles hangt samen met alles, alles wordt weerspiegeld in alles. Uit de constitutie van de handen kan men zinvolle informatie halen over het karakter van iemand. Toeval bij de handvorming moet wijken voor zinvolle synchroniciteit.


woensdag 8 februari 2012

Paranormale verschijnselen: Astrologie
Astrologie als middel tot karakteranalyse en zelfkennis hebben we besproken in het hoofdstuk “Zelfkennis en Astrologie”. Een geboortehoroscoop tekenen betekent dat men de standen van de planeten op het ogenblik van de geboorte en gezien vanuit de plaats van geboorte projecteert op de dierenriem. Men krijgt dan een tekening met in het midden de aarde en hier omheen een cirkel die de dierenriem voorstelt. Op die dierenriem worden dan de standen aangebracht van de planeten (de Zon, de Maan en de planeten), de Ascendant en de Midhemel. De onderlinge standen van deze elementen worden aspecten genoemd. Deze aspecten vormen de basis voor het interpreteren van de horoscoop, voor het analyseren van het karakter van de proefpersoon. Hiervoor kan men beroep doen op meerdere duidingboeken. Ook de intuïtie en eventueel een beetje BZW kunnen hier meespelen.
Een scepticus zal hier weer aanvoeren dat op het ogenblik van de geboorte de planeten toevallig die constellatie vertoonden waarmee die duiding overeenkomt en dus dat een geboortehoroscoop waardeloos is. Ook hier wil ik verder kijken dan onze enge ruimte-tijd wereld. In een synchrone kosmos bestaat toeval niet. Het heelal evolueert, neutraal, niet in goede en niet in slechte zin, niet toevallig, gewoon neutraal. Bij een bepaalde constellatie van de planeten in ons zonnestelsel past de geboorte van een bepaalde persoon. Alles hangt immers samen met alles, alles wordt weerspiegeld in alles. Uit de planeetstanden kan men zo zinvolle informatie halen over het karakter van iemand. Toeval op het ogenblik van de geboorte moet wijken voor zinvolle synchroniciteit.

dinsdag 7 februari 2012

Paranormale verschijnselen: Runen en andere tekens lezen

Het woord “rune” betekent: geheim, geheim overleg, stemming, raad. Er zijn meerdere runenreeksen waaronder de Vikingrunen. Deze tellen 18 tekens (de vader, de oerbron, de kracht, de speer, de moeder, de wet …). Runen kunnen gebruikt worden om het orakel te raadplegen, om uit te vissen wat men het beste doet in een bepaalde situatie. Men ontspant zich, stelt een vraag, trekt één of meerdere runentekens en legt deze voor zich op tafel. Dan volgt weer de interpretatie. Boeken kunnen hierbij geraadpleegd worden.
Zoals de I ching en de Tarot-kaarten hebben ook de Vikingrunen symbolen die de belangrijkste aspecten van de macrokosmos en de microkosmos voorstellen. Deze symbolen kunnen via hun in de boeken vastgelegde betekenissen gebruikt worden om de antwoorden die meestal in het onderbewustzijn van de betreffende personen aanwezig zijn, aan de oppervlakte te brengen. Het zijn dus hulpmiddelen om het leven meer intuïtief te beleven. Naast deze drie besproken orakelmiddelen zijn er nog vele andere op de markt. Het “Keltisch Bomen Orakel” telt 25 kaarten (berk, lijsterbes, wilg, eik, klimop, heide/maretak …). De “Moeder Aarde Kaarten” kent 44 kaarten met lessen uit indiaanse tradities (pijp, zweethut, peyoteceremonie, pijl, praatstok, beschilderd gezicht, medicijnkom, groot mysterie, heilige ruimte …). Verder zijn er: het “Elfen Orakel”, het “Maya Orakel”, de “Energiekaarten”, enz. Eigenlijk kan men intuïtieve antwoorden op gestelde vragen bekomen door ontspannen en geconcentreerd zijn onderbewustzijn te laten spreken via in principe gelijk welke tekens: kippenbeentjes, ingewanden van een dier, koffiedik uit een kopje Turkse koffie, theeblaadjes in een kopje Engelse thee, enz.
In al deze gevallen kan men de raadpleging als waardeloos bestempelen met de woorden: het resultaat is puur toeval. Zoals hierboven al enkele keren aangehaald, wil ik nog eens wijzen op een ruimere kijk op de dingen. In een synchrone kosmos, waar alles voortdurend met alles in wisselwerking is, waar alles samenhangt met alles, zal een spontane, intuïtief gestuurde handeling een antwoord genereren dat correspondeert met de gestelde vraag. Een ernstige beoefenaar kan daaruit zijn voordeel halen. Toeval moet wijken voor zinvolle synchroniciteit. Ook hier willen we nog eens waarschuwen voor charlatans die in goedgelovige mensen een gemakkelijke prooi vinden.

maandag 6 februari 2012

Paranormale verschijnselen: Kaartleggen

Kaartleggen kan met een boek gewone speelkaarten (men gebruikt dan van iedere kleur de aas, de koning, de koningin, de boer en de kaarten van tien tot zeven, in totaal 32 kaarten), maar veelal wordt hiervoor een set Tarot-kaarten gebruikt.


Vragen die men heeft over zijn persoonlijkheid, zijn relaties, zijn plannen, kortom alle vragen die men belangrijk acht, kan men met behulp van de kaarten proberen te beantwoorden. Bij het kaartleggen is het aangewezen dat de vraagsteller zelf de kaarten schudt en het aantal benodigde kaarten trekt. Het leggen van de kaarten en het interpreteren van het resultaat kan eventueel met de hulp van een ervaren kaartlegger gebeuren. Er bestaan verschillende manieren om de kaarten te leggen waarbij het aantal kaarten, de figuren die gelegd worden en de volgorde van het leggen een rol spelen. Eenmaal de kaarten gelegd, volgt weer de interpretatie. Hierbij kunnen gespecialiseerde boeken geraadpleegd worden, maar ook hier speelt het onderbewustzijn een belangrijke rol. Intuïtief het resultaat uitleggen, soms misschien gekruid met een scheutje BZW, lijkt doorgaans het meest waardevol te zijn. Ook hier kan men de zaak afdoen als puur toeval en dus waardeloos. Hetzelfde als bij I ching kan evenwel gezegd worden. Toeval moet wijken voor zinvolle synchroniciteit. Kaartleggen, serieus opgevat, kan zinvol zijn. Het is aan de kaartlegger om er zijn geestelijk profijt mee te doen. Gewaarschuwd moet echter worden voor mensen die uit zijn op geldgewin en die profiteren van de goedgelovigheid van mensen met weinig persoonlijkheid.

donderdag 2 februari 2012

Paranormale verschijnselen: I ching
I Ching als orakeltechniek hebben we besproken in de paragraaf “De Chinese wereldbeschouwing” van het hoofdstuk “Op bezoek bij de wereldreligies”. Om het orakel te raadplegen, om b.v. een inzicht te krijgen in een bepaald probleem, maakt men gebruik van vijftig stelen van het duizendblad of van drie munten. Men voert enkele bewerkingen uit met als resultaat een hexagram. In het boek “I ching”, “Het boek der veranderingen” zoekt men dit hexagram op en leest en verwerkt men de interpretatie. Nu kan men zeggen dat het puur toeval is dat men juist dat hexagram bekomen heeft met die interpretatie en dat de uitkomst dus helemaal geen waarde heeft. Juist, in onze enge wereld van ruimte en tijd kunnen we spreken van toeval, maar ruimer bekeken bestaat toeval niet, zoals we hierboven uiteengezet hebben. In een synchrone kosmos, waar alles voortdurend met alles in wisselwerking is, waar alles samenhangt met alles, zal een spontane, intuïtief gestuurde handeling een antwoord genereren dat correspondeert met de gestelde vraag. Ik denk dat wanneer men I ching serieus gebruikt, men er zinvolle resultaten mee kan bekomen. De interpretatie die men haalt uit het boek, vermengd met de intuïtieve antwoorden uit het onderbewustzijn en eventueel een vleugje BZW, kan mijns inziens erg nuttig zijn. De conclusies zijn evenwel steeds subjectief gekleurd. Niets op tegen wanneer iemand hieruit nieuwe energie put om zijn leven zinvol verder te zetten. Toeval moet hier wijken voor zinvolle synchroniciteit.

woensdag 1 februari 2012

Paranormale verschijnselen: Ouija-bord en Spiritisme
  
Het woord “ouija” is een samenvoeging van het Franse woord “oui” en het Nederlands-Duitse woord “ja”. Een ouija-bord is meestal een houten of kartonnen bord dat voorzien is van de letters van het alfabet, de cijfers van nul tot negen en de woorden “ja” en “nee”. Men gebruikt het bord om in spiritistische seances te communiceren met overledenen, maar ook om inzichten te verkrijgen en de toekomst te voorspellen. Het “planchet”, een plankje dat meestal de vorm heeft van een driehoek, wordt gebruikt om de letters en cijfers van het antwoord aan te duiden. Hiertoe plaatsen de deelnemers aan een seance elk een vinger op het planchet waardoor dit bewogen wordt en zo de betreffende karakters aanwijst. Als variant op het ouija-bord worden losse letters en woorden in een cirkel op tafel gelegd en als variant van het planchet gebruikt men een omgekeerd glas. Deze laatste hulpmiddelen worden nogal eens gebruikt door scholieren. Ook hier speelt het antwoord dat aanwezig is in het onderbewustzijn, maar dan van alle deelnemers, een cruciale rol. Spiertjes in de vingers van de deelnemers worden geactiveerd hetgeen het planchet of het glas in beweging zet. Eventueel kan BZW ook hier een rol spelen, maar contact met overledenen en dergelijke lijkt mij erg ver gezocht.

Spiritistische seances worden dikwijls door een medium geleid, meestal in een halfduistere kamer. Een medium is een persoon die tracht in trance te geraken en die dan de dingen laat gebeuren: klopgeluiden, een tafel die beweegt, een overledene die spreekt via de stem van het medium … Het lijkt me dat er veel bedrog komt kijken bij dergelijke seances, tenzij er echte BZW en eventueel PK in het spel is.

maandag 30 januari 2012

Paranormale verschijnselen: Wichelroede lopen
Een wichelroede is een twijg of een Y-vormige of V-vormige staaf van hout of metaal waarmee men de ondergrondse aanwezigheid van water, fundamenten, metalen, munten, enz. probeert aan te tonen. De wichelroedeloper houdt de roede vast aan beide uiteinden (zie foto) en loopt over het veld heen en weer waarbij hij voortdurend denkt aan hetgeen hij zoekt. Vanuit de horizontale stand van de flexibele wichelroede kan een reactie komen. Als men in de buurt van een object komt, kan er al een flauwe reactie waargenomen worden: de punt of de krul van de roede gaat licht naar beneden. Wanneer men zich boven het object bevindt, zal een sterkere reactie verkregen worden: de punt van de roede slaat helemaal naar beneden. In principe werkt de wichelroede op dezelfde manier als de pendel. Er ontstaat een uitslag doordat zenuwimpulsen bij de gebruiker de spieren in de handen tot de actie doen overgaan: de roede beweegt. Informatie uit het onderbewustzijn komt zo aan de oppervlakte. Dat hierbij “wateraders” en “aardstralen” ontdekt kunnen worden, lijkt me twijfelachtig, tenzij ook hier BZW meespeelt.

zaterdag 28 januari 2012

Paranormale verschijnselen: Pendelen
Pendelen is het beantwoorden van vragen door middel van een pendel. Men gebruikt de pendel bij gezondheidsproblemen, voedseladviezen, beroepskeuzebepaling, relationele vragen, persoonlijke vragen … Een pendel moet eerst gekalibreerd worden. Hiertoe moet de pendelaar nagaan welke beweging van zijn pendel overeenkomt met “ja”, welke met “nee” en welke met “geen antwoord”. Hij neemt het touwtje van zijn pendel tussen duim en wijsvinger, houdt deze stil en vraagt hardop of in gedachten aan de pendel te bewegen bij een “ja”, b.v. “naar voor en naar achter”, bij een “nee”, b.v. “naar links en naar rechts” en bij “geen antwoord”, b.v. de pendel “draait rond”. Wat hier gebeurt, is heel natuurlijk: het antwoord activeert onbewust bepaalde spiertjes in de vingers van de pendelaar en deze spiertjes brengen de pendel in een beweging die correspondeert met het antwoord. De vragen die gesteld worden, moeten met “ja” of “nee” beantwoord kunnen worden. B.v. “Is mosselen eten wel goed voor mijn gezondheid?” Het antwoord op deze vraag is aanwezig in het onderbewustzijn van de vraagsteller. Bewust de vraag beantwoorden kan ook, maar de rede is hier niet zo’n goede raadgever. De intuïtie is hiervoor beter geschikt. Het antwoord in het onderbewustzijn beveelt de spiertjes van de vingers om het juiste antwoord te geven. Een pendel is in feite een hulpmiddel om meer intuïtief te werk te gaan, om meer uit ons onderbewustzijn te halen.
Wanneer nu een pendelaar bij het pendelen BZW-informatie binnenkrijgt, kan de beweging van de pendel deze informatie weergeven. Het antwoord komt dan uit het kosmisch bewustzijn en de pendel is hierbij het “werktuig” waarlangs de BZW-informatie zich manifesteert. In de meeste gevallen komen de antwoorden gewoon uit het onderbewustzijn van de pendelaar.

woensdag 25 januari 2012

Paranormale verschijnselen: Kristallen bol en waarzeggen
Een kristallen bol is een orakelmiddel, een voorwerp gebruikt om voorspellingen te doen. De kristallen bol doet voornamelijk dienst als voorwerp om zich te concentreren. De waarzegger/ster kijkt in de bol tot er een ijle mist verschijnt. De bewegingen en de kleuren van die mist worden geïnterpreteerd. Ook kan er geleidelijk een “scherm” in de mist verschijnen waarop mensen, plaatsen, symbolen … te “zien” zijn. Deze methode om aan voorspellingen te doen, vergt veel oefening en veel geduld. Vooral het interpreteren moet met de nodige omzichtigheid gedaan worden, omdat iedere persoon zijn of haar eigen symboliek heeft. De kristallen bol is duidelijk een hulpmiddel om in alfa of in een gelijkaardige toestand te geraken. Enkel wanneer bij het waarzeggen BZW een handje komt helpen, kan er sprake zijn van informatie die de waarzegger/ster niet zelf bedenkt of die hij/zij niet uit haar onderbewustzijn naar boven laat komen. In alle andere gevallen moet een onderhoud met een waarzegger/ster als een bezigheidstherapie aanzien worden.

zaterdag 21 januari 2012

Paranormale verschijnselen: Hypnotiseren
Hypnose is een toestand tussen waken en slapen. Onze hersenen vertonen dan alfagolven met frequenties tussen 7 en 14 Hz. We bevinden ons in alfa. In deze toestand is ons onderbewustzijn meer toegankelijk en zijn we erg vatbaar voor suggesties. De aandacht wordt geconcentreerd gericht op de hypnotiseur, op een voorwerp (slinger, zwarte stip), op een persoon (wondermooi meisje), enz. met uitsluiting van alle andere prikkels. Er is niets abnormaals aan hypnotiseren. Denken we maar aan de momenten waarop we naar een spannende film kijken of een spannend boek lezen. Alles en iedereen rondom ons is dan precies verdwenen. Wie heeft er niet eens bijna een ongeluk veroorzaakt wanneer hij plots een heel aantrekkelijke baanaffiche in de gaten kreeg waarvan hij zich slechts met veel moeite kon losmaken. Iedereen kan in principe hypnotiseren, maar bepaalde personen hebben via hun lage warme stem en hun doordringende blik een streepje voor. Autohypnose is zelf in alfa gaan, zonder de hulp van iemand anders. De meeste mensen zijn vatbaar voor hypnose, een kleine twintig procent van alle mensen is niet te hypnotiseren.