dinsdag 19 april 2011

Assertiviteit VIII
Een techniek die hierbij heel goed werkt, is de techniek van vooraf je positie innemen. We hoeven daarvoor niet in alfa te gaan, maar dat helpt wel. We bepalen, wanneer we er klaar voor zijn, voor onszelf, eventueel voor de rest van ons leven, het standpunt dat we zullen innemen bij iedere confrontatie die we ons kunnen voorstellen en we besluiten ons daaraan te houden. Dit werkt omdat we op het ogenblik dat we met iets geconfronteerd worden, het scenario kennen. We kennen de rol die we gaan spelen, hetgeen ons zelfverzekerd maakt. Tijdens de confrontatie hoeven we dan niet meer te sukkelen met: “Ik twijfel, wat moet ik doen, had ik maar wat meer tijd om te beslissen, maar daar staat iemand die op mijn vingers kijkt, die mij misschien maar een kluns vindt die niet weet wat hij wil. Oei, wat moet ik doen?” Gegarandeerd laten we ons dan manipuleren met een vervelend gevoel tot gevolg. Weer een deuk in ons zelfrespect. Hebben we vooraf onze rol ingestudeerd, dan hoeven we maar toneel te spelen en het eindresultaat is dat wij ons zelfvertrouwen weer een beetje zien toenemen. Trouwens, de andere persoon die bot vangt, vindt dit misschien niet leuk, maar hij zal zeker weggaan met de gedachte: “Is dat een zelfverzekerd iemand, ja!” Wanneer iemand “nee” tegen “ons” zegt, gaan we ons toch ook niet bezighouden met van alles te gaan denken over die andere persoon.
In de vergaderingen van de plaatselijke middenstand wordt regelmatig geklaagd over de verenigingen en de scholen die wel een afgevaardigde (“toevallig” een klant) naar de winkels sturen om sponsoringbijdragen te bekomen, maar intussen hun aankopen in de grootwarenhuizen gaan doen. De winkeliers worden gemanipuleerd, ze hebben schrik. Wanneer ze niets geven, zal de klant-afgevaardigde dan niet elders zijn aankopen gaan doen? Zo denken ze althans. Van een jeugdvereniging hoorde ik volgende reactie: “Wij blijven vragen, ze moeten maar niet zo dom zijn om te blijven geven.” Wanneer een winkelier vooraf bepaalt hoeveel hij per vereniging en per jaar wil spenderen aan sponsoring en zich daaraan houdt, hoeft hij enkel nog maar zijn kapotte grammofoonplaat op te zetten wanneer een bepaalde vereniging blijft aandringen. “Mijn budget voor dit jaar voor uw vereniging bedroeg zoveel. Jullie hebben dit bedrag al ontvangen. Nu is mijn budget op. Mijn budget is op … Mijn budget is op ... Mijn budget is ... op ... op ...”
Heel wat mensen zitten met het probleem “Als ik nee zeg, voel ik mij schuldig!” Ook hier weer kan je bepalen wat je wil of niet wil, rekening houdend met je verstand én je gevoelens, en je daar aan houden. Zet indien nodig de kapotte grammofoonplaat maar op. “Mag ik je auto eens lenen?” “Nee, ik voel me daar niet prettig bij ... niet prettig bij ... niet prettig bij ...” Je beslissing mag gerust onlogisch zijn. Je doet het niet graag, dus nee! Je bent baas over je eigen gevoelens. “Wil jij mijn tante gaan afhalen op de luchthaven?” “Nee, ik rijd niet graag door een drukke stad wanneer het donker is ... ik rijd niet graag ... ik rijd niet graag ...” Je hoeft geen verantwoording af te leggen. Je rijdt niet graag, dus nee! “Jos, wil jij de hond even uitlaten?” “Nee, ik heb schrik van honden!” “Jij hebt ook altijd wat! Je ziet toch dat ik niet weg kan. Pak dat beest bij de leiband en laat hem even uit!” “Nee André, ik heb het niet zo op honden!” “Zo’n grote jongen en schrik van honden, dat bestaat niet!” “Toch is het zo! Ik laat de hond niet uit!” Laten we onze eigen gevoelens van bezorgdheid, onzekerheid en ongemakkelijkheid niet verdringen. Onze tekortkomingen meedelen samen met onze wil ze te aanvaarden, kan geen kwaad. Laten we ons geen schuldgevoelens aanpraten. Laten we ons het territorium van onze gevoelens en emoties vooral niet afpakken. Toen ik mijn vriendin pas kende en haar iets vroeg (waar ze blijkbaar geen zin in had), zei ze kortweg: “Nee!” Ik schrok me een bult. Zo’n reactie had ik nog nooit gehoord. Na enige tijd begon het tot me door te dringen: dit is een assertief antwoord, ik moet niet vragen waarom ze nee zegt, ik moet niet aandringen. Later begon ik dergelijke antwoorden van haar efficiënt, ja zelfs grappig te vinden.

Geen opmerkingen: