dinsdag 11 januari 2011

Rituelen, tijdverdrijven en spelen
Lichamelijke, fysieke intimiteit (zoals tussen een baby en zijn moeder, tussen de partners van een koppel) kan in het sociale leven niet, althans niet in het openbaar. Een verkoper en zijn klant, twee collega’s op het werk … blijven erg afstandelijk. Hun contact beperkt zich meestal tot een handdruk of in het beste geval tot een discrete kus. Toch heeft ieder van ons die honger naar streling, naar aanraking. Dit dilemma wordt opgelost door een compromis. We leren het stellen met subtielere, zelfs symbolische soorten aanraking: een groet, een knikje, een glimlach, een klopje op de schouder, een aanraking van de knie, goedkeuring, waardering, appreciatie, erkenning. De honger naar lichamelijke en emotionele prikkels (streling, affectie) is in het maatschappelijk leven verworden tot een honger naar erkenning (die ik in mijn jeugd zelf bijeengesprokkeld heb, zie hoger).

Wat doen wij in ons dagelijks leven om de tijd op te vullen?

Wij voeren diverse activiteiten uit om onze boterham te verdienen. Dit zijn bezigheden die we “werk” noemen. Ik maak programma’s voor mijn klanten. Mijn vriendin geeft Nederlands aan kinderen in de middelbare school. Sommigen werken in de productie, anderen leveren diensten. Wanneer we ons werk met hart en ziel verrichten, opgaan in ons werk, wanneer we kwaliteit afleveren, putten we daaruit een grote mate van voldoening, die soms gepaard gaat met appreciatie van anderen.
Tijdens, maar vooral na het werk, bewegen we ons in de maatschappij en nemen we deel aan het sociale leven. Hier vullen we de tijd met rituelen, tijdverdrijven en spelen. Voor de gelukkigen en als het effe kan, stappen we snel over op sociale intimiteit. De meeste voldoening halen we uit de intimiteit met een partner.
Rituelen” zijn onder meer wat we zouden kunnen noemen “goede manieren”. We hebben geleerd hoe we moeten groeten (goedendag zeggen, een hand geven, twee of drie kussen op de wang en niet op de mond, geïnteresseerd navragen hoe iemand het stelt na een lange afwezigheid …), hoe we moeten eten (met mes en vork, geen boeren laten, een tandenstoker discreet gebruiken …), hoe we onze neus moeten snuiten (niet zoals een boer of een renner van op de fiets …), hoe we over allerlei onderwerpen moeten spreken (vroeger was seksualiteit taboe, nu niet meer …), hoe we moeten vrijen (nu zijn er gelukkig meerdere houdingen mogelijk …). Er zijn de rouwrituelen, de misvieringen, de trouw- en doopfeesten … en we leerden hoe we ons hierbij moeten gedragen. Bij rituelen worden leefregels toegepast, men gaat (meestal) met tact en diplomatie te werk. Onze cultuur, onze maatschappij, onze omgeving laat niet toe dat we ons “anders” gedragen, dat we “anders” denken, “anders” voelen … (alhoewel tegenwoordig!) We moeten ons kleden zoals de mode het voorschrijft (modern, niet klassiek …), we moeten een mening hebben zoals die op tv verkondigd wordt (in verband met politiek, met discriminatie …), we moeten ons voelen zoals iedereen (bij de ramp met de twee WTC-torens in New York, bij het huwelijk van onze prins …), we moeten zijn zoals iedere “normale” mens. Zoniet zijn we abnormaal, zeg maar marginaal. Dus gedragen we ons zoals het hoort, hetgeen wil zeggen: niet spontaan. Het lijkt me nochtans dat we bij rituelen ook een zekere spontaniteit aan de dag kunnen leggen.
Wanneer bij sociale contacten het gevolgd stramien minder strak wordt, kunnen we spreken van “tijdverdrijven”. Gesprekken over actuele onderwerpen, een praatje maken, een twistgesprek, een discussie, behoren hiertoe. Op recepties, feestjes en dergelijke bijeenkomsten komen we ze veelvuldig tegen: “Wie heeft gewonnen?” (over sport), “Chique car” (vergelijken van auto’s), “Garderobe” (vergelijken van kleding), “Chef kok” (gerechten klaarmaken), “Ooit geweest?” (reisverhalen), “Wat is er toch geworden van …?” (vroegere schoolmakkers), “De weegschaal” (afvallen en diëten), “Dokter” (vergelijken van lichamelijke kwalen), “Meisje vinden” (voor jongeren), “Hoe moet je …?” (dit of dat doen), enz. Wat zijn de voordelen van tijdverdrijven? Het opvullen van de tijd, het bij elkaar toestaan van “symbolische aanrakingen” (behalen van slagen, genoemd zoals bij een kaartspel) en de gelegenheid geven tot sociale selectie. Intuïtief zijn we bij dergelijke gesprekken bezig met het uitzoeken van gesprekspartners die ons liggen, die we later eventueel nog wel eens willen ontmoeten. Een laatste voordeel van tijdverdrijven ligt in het nagaan of ons referentiestelsel door de anderen goedgekeurd wordt. We willen weten of we het op een of ander punt niet glad mis hebben en we onze mening niet moeten bijsturen. Tijdverdrijven hebben zeker hun sociaal nut, maar ook hier lijkt me dat een zekere spontaniteit geen kwaad kan.
In ons maatschappelijk leven schijnen we de meeste tijd door te brengen met “spelen”. Met spelen bedoel ik hier de tijdverdrijven met bijbedoelingen, met verborgen motivaties. Deze spelen zijn altijd oneerlijk. Iemand speelt een spel wanneer hij zich anders voordoet dan hij is of zou willen zijn, of wanneer hij iets anders wil bereiken dan hij opgeeft. Spelen hebben dezelfde voordelen als de bovengenoemde tijdverdrijven, tenminste zolang ze vriendelijk en onschadelijk blijven, maar er komt een voordeel bij: de winnaar smaakt de extra voldoening van het winnen, zonder dat zijn/haar frustratie bewust aan de oppervlakte komt. Het grote nadeel van spelen is dat ze kunnen ontaarden, dat ze kunnen leiden tot misnoegdheid, mislukkingen, verlies van zijn job, miserie, echtscheidingen, ongelukken …

Geen opmerkingen: